Op 26 maart 2019 heeft het Gerechtshof in Leeuwarden uitspraak gedaan inzake een geschil tussen aardappelconcern Avebe en een aantal van haar voormalige leden. Inzet van het geschil is de boete die een lid verschuldigd is als hij zijn leverplicht niet nakomt: de plicht om een bepaalde volume aardappelen per teeltseizoen te leveren. Daarnaast had het Hof te oordelen over de vraag of van de vertrekkende leden wel kon worden geëist dat zij hun aandelen in Avebe voor het einde van het lidmaatschap aan derden overdragen, dan wel dat zij deze bij Avebe moeten ‘inleveren’ tegen bijbetaling van € 681,00 per aandeel.
Aandelen
Leverrecht en leverplicht
Leden van Avebe zijn verplicht om aandelen te houden. Avebe is een coöperatieve vereniging zodat de aandelen geen eigendomsrechten impliceren, zoals bij een kapitaalvennootschap. Een aandeel betekent voor een lid naast stemrecht een leverrecht en een leverplicht. Een lid-akkerbouwer is verplicht om per teeltseizoen een zodanige hoeveelheid aardappelen aan Avebe te leveren die minimaal gelijk is aan 4 ton aardappelzetmeel per gehouden aandeel. Indien een akkerbouwer niet aan deze leverplicht voldoet dan is hij een boete verschuldigd van € 125,00 per niet geleverde ton aardappelzetmeel. Door deze prikkel is Avebe verzekerd van voldoende aanvoer van aardappelen en wordt voorkomen dat een akkerbouwer zijn aardappelen elders voor een hogere prijs afzet. Aan deze leverplicht kan worden ontkomen als voorafgaand aan een seizoen door de akkerbouwer gebruik wordt gemaakt van de zogenaamde ‘parkeerregeling’: tegen vergoeding van € 150,00 per aandeel hoeft er dan op een aandeel niet geleverd te worden.
Overdrachtsplicht
De statuten van Avebe voorzien erin dat een akkerbouwer zijn aandelen aan een derde kan overdragen. Zijn de aandelen bij einde lidmaatschap niet aan een derde overgedragen, dan worden de aandelen door Avebe ingenomen. Daarvoor dient de akkerbouwer per aandeel een vergoeding te betalen van € 681,00 per aandeel. Een bepaling welke nog stamt uit het ‘guldentijdperk’: toen was de vergoedingsplicht fl. 1.500,00 per aandeel. Deze bepaling dient er toe dat bij vertrek van leden de continuïteit van de aanvoer van aardappelen door de nieuwe aandeelhouders en daarmede ook het voortbestaan van Avebe als coöperatie in voldoende mate is geborgd.
Knellend
De plicht om te leveren en de plicht om de aandelen bij einde lidmaatschap over te dragen tegen betaling kan voor de leden-akkerbouwers als zeer knellend worden ervaren. Dit doet zich in het bijzonder voor in het geval aardappelen dienen te worden geleverd voor een prijs die niet concurrerend is en in het geval de aandelen geen positieve waarde vertegenwoordigen. Indien er onder kostprijs wordt betaald dan wordt een akkerbouwer bedrijfseconomisch gedwongen óf om minder aardappelen te verbouwen óf om de aardappelen elders tegen een hogere prijs af te zetten. En als er bij collega-akkerbouwers geen interesse bestaat in het overnemen van de aandelen omdat deze een negatieve waarde vertegenwoordigen, dan moet er bij einde lidmaatschap door het vertrekkende lid € 681,00 per aandeel worden betaald.
Geen concurrerende prijs
In het teeltseizoen 2013/2014 heeft een aantal akkerbouwers niet voldaan aan hun leverplicht, omdat zij van mening waren dat Avebe geen concurrerende prijst betaalde. Wegens schending van de leverplicht heeft Avebe hen daarvoor een boete in rekening gebracht van € 125,00 per ton zetmeel. Deze akkerbouwers hebben vervolgens het lidmaatschap opgezegd waarop zij nog eens werden belast voor € 681,00 per gehouden aandeel.
De akkerbouwers, daarin bijgestaan door Te Biesebeek Advocaten in Zwolle, hebben zowel de rechtmatigheid van de boete als de uittreedvergoeding van € 681,00 per aandeel ter toetsing voorgelegd aan de rechter.
Oordeel Gerechtshof
In hoger beroep doet het Hof in Leeuwarden op 26 maart 2019 uitspraak. De uitspraak komt kort gezegd neer op het volgende:
Leverplicht en boete
De akkerbouwers zijn willens en wetens hun leveringsverplichting niet nagekomen en zijn deswege de in de statuten opgenomen boete verschuldigd. Er is niet gebleken van feiten of omstandigheden waardoor boete kan worden gematigd, aldus het Hof.
Verplichting tot overdracht van aandelen onder bijbetaling
Anders dan Avebe in de procedure heeft betoogd, is de plicht tot overdracht van de aandelen bij einde lidmaatschap een uittreedvoorwaarde. Het Hof komt tot het oordeel dat deze voorwaarde in de kern voldoet aan de eisen die de wet aan een uittreedvoorwaarde stelt:
- de voorwaarde is – zoals wettelijk is voorgeschreven – in de statuten opgenomen;
- de voorwaarde is in overeenstemming met doel en strekking van de coöperatie: doelstelling van de voorwaarde is de leveringszekerheid voor de coöperatie van de grondstof van haar producten. Een doel welke geënt is op de solidariteitsgedachte van de coöperatie en de noodzaak van een zekere duurzaamheid in het ledenbestand;
- de voorwaarde gaat in beginsel niet verder dan geoorloofd is;
- niet gebleken is dat de voorwaarde in strijd is met het mededingingsrecht;
- de voorwaarde tast de vrijheid om het lidmaatschap te beëindigen niet op een ontoelaatbare wijze aan.
Termijn van aandelenoverdracht
Evenwel komt het Hof toch tot het oordeel dat de vertrekkende akkerbouwers niet het bedrag van € 681,00 per aandeel hoeven te betalen. De regeling van Avebe gaat volgens het Hof toch verder dan geoorloofd is. Immers, Avebe heeft de akkerbouwer naar het goed gemotiveerde oordeel van het Hof een onredelijke korte termijn gegund om de aandelen aan derden over te dragen. Volgens het Hof had Avebe de vertrekkende leden minimaal zes maanden na opzegging de tijd moeten geven om de aandelen over te dragen. Door dat niet te doen, en zelfs te eisen dat de aandelen nog voor einde lidmaatschap moesten worden overgedragen, levert het voorschrift van Avebe voor het lid, dat het lidmaatschap wil opzeggen, een belemmering op die verder gaat dan noodzakelijk is voor de goede werking van de coöperatie. De vrijheid van uittreding wordt daarmede op een ontoelaatbare wijze aangetast.
Het Hof concludeert vervolgens dat Avebe op niet meer aanspraak kan maken dan op de in 2014 geldende, negatieve waarde van € 300,00 per aandeel. De vergoedingsplicht wordt daarmede per aandeel door het Hof teruggebracht met € 381,00.
Meer info?
Wilt u meer weten over deze zaak of heeft u vragen over uittreedvoorwaarden, lidmaatschapsverhoudingen, leverplichten en leverrechten of inspraakmogelijkheden in een coöperatieve vereniging, neem dan vrijblijvend contact op met een van de advocaten van Te Biesebeek Advocaten in Zwolle.